Doelen stellen en bereiken

Wat zou het gaaf zijn om deze keer je doelen wel te bereiken. Als we doelen stellen en deze niet bereiken, raken we ontmoedigd. Hoe vaker het gebeurt, hoe minder we proberen. Het gevaar ligt op de loer dat we uiteindelijk helemaal stoppen met doelen stellen omdat we niet meer geloven dat het nog zal lukken.

3 fouten bij het stellen van doelen:

1. Geen concreet doel

Het klinkt als een open deur maar vaak bereiken we onze doelen niet omdat ons doel niet concreet is. Bijv. ‘Ik wil gelukkig zijn.’ Dit doel is te vaag. Een concreet doel is een beeld. Is je doel ook te vaag, stel jezelf dan de vraag: Als ik van mijn doel een foto zou maken, wat zou ik dan zien?

2. Geen motivatie

Je wilt wel een doel bereiken maar je weet eigenlijk niet waarom. Wanneer je doel niet strookt met waarden die belangrijk voor je zijn (waar je bereid bent om voor te sterven), ga je je niet voldoende inspannen. De juiste motivatie helpt je om ’s ochtends vroeg uit bed te komen om aan je doel te werken. Heb je dat gevoel niet, dan heb je je ‘waarom’ nog niet gevonden.

Lees eerst … (persoonlijk statuut) om te ontdekken wat belangrijk voor je is in het leven. Wat levert dit doel je op als je het al hebt bereikt.

3. Geen plan

Je hebt een concreet doel geformuleerd. Je bent gemotiveerd. En nu? Als je alleen met ideeën in je hoofd blijft rondlopen, zul je snel overweldigd raken. Daarom is een plan een must. Haal die ideeën uit je hoofd, zet ze op papier en breng er orde in. Later vertel ik je hoe je dat kunt doen.

De SMART-methode

De SMART-methode helpt je om concrete en realistische doelen te stellen. Hoe werkt dat?

S = specifiek

Maak je doel concreet. Stel dat je van je doel een foto zou kunnen maken, wat zou je daarop zien? Hoe zou je het omschrijven voor iemand die blind is zodat die daar ook een beeld van heeft.

Voorbeeld:

Ik wil 10 kilo afvallen. Op de foto zie ik mezelf. Ik weeg 60 kg en ik draag een spijkerbroek die ik op mijn middelbare school droeg.

Als je in je doel getallen kunt verwerken, maak je het heel concreet. Verder is het belangrijk om hier aan te geven wat je wilt en niet wat je niet wilt, bijv. ik wil niet snoepen. Ons bewustzijn kent het woord ‘niet’ niet en dan blijf je anders de hele tijd aan het snoepen denken.

M = meetbaar

Als je doel meetbaar is, zie je de resultaten en je kunt de voortuitgang bijhouden. In het geval van ons doel: 10 kg afvallen, kun je bijhouden hoeveel je per week afvalt om de vooruitgang te monitoren.

A = acceptabel

Het doel dat je wilt bereiken, mag geen negatieve consequenties hebben. Is dit doel dus goed voor jou, mensen die belangrijk voor je zijn en het grote geheel? Stel dat je 10 kg wilt afvallen en je partner houdt juist van die extra kilootjes van je. Wat betekent dat voor jullie relatie?

R = realistisch

Een belangrijke voorwaarden voor het bereiken van je doelen is dat ze realistisch zijn. Als je president van Amerika wilt worden en je bent geen burger van de VS dan zal het je niet lukken. Realistische doelen behoeden je voor teleurstelling en tijd-, geld- en energieverspilling.

T = tijdgebonden

Wat is je deadline? Wanneer wil je je doel bereikt hebben? Wees hier ook realistisch. Geef jezelf twee keer zo veel tijd als je zou willen. Er komt altijd iets tussen wat je planning verstoort. Over het algemeen zijn we te optimistisch over wat we kunnen bereiken binnen een bepaalde tijd, dus hou daar rekening mee.

Doelen plannen

Wanneer je een concreet doel hebt en motivatie die je ’s ochtends uit bed tilt, heb je nu nog een goede planning nodig. Deze planning helpt je je doelen te bereiken. Hoe je hem maakt, lees je in mijn volgende artikel.